Kinderen, de vergeten oorlogsslachtoffers

Op 4 mei herdenkt Nederland alle slachtoffers die door oorlogsgeweld zijn omgekomen tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. In Wageningen herdenkt men, na een Stille Tocht, bij het Joods monument ‘De Levenspoort’ en vervolgens bij het Monument voor de Gevallenen aan de Costerweg.

De Stille Tocht gaat bij de monumenten over in Stil Herdenken.
Bij beide monumenten staan geen namen vermeld.
De Naamlijst die hoort bij het Joods monument ‘De Levenspoort’ hangt in een verborgen hoekje in het museum.
Op die Naamlijst staan drie Joodse kinderen die werden weggevoerd en vermoord.
Louis Hein (11 jaar) en Frederika Henriëtte (9 jaar) van der Woude waren geboren en getogen Wageningse kinderen. Ze werden samen met hun ouders omgebracht in Auschwitz.
Juliana Beatrix Alexander was de dochter van Joods Duitse vluchtelingen. Op 4-jarige leeftijd is zij samen met haar moeder omgebracht in Sobibor.

Op 26 maart 1943 ontplofte een bom op een rij woningen aan de Beekstraat.
Er waren 27 dodelijke slachtoffers, onder hen 6 kinderen.
Gerardus Wilhelmus, 3 jaar en 8 maanden oud.
Felicitas Sophia Didi Maria Elisabeth Caspel 5 jaar oud. Rutgerus 17 jaar en de 10- jarige Theodorus Rutgerus Derksen.
Jupiter van Ginkel 26 maanden oud en de 15 maanden oude Evertje van de Weerd.
Tijdens het geallieerde bombardement van 17 september 1944 op de wijk Hamelakkers (Sahara) werden 40 personen dodelijk getroffen, waaronder 10 kinderen.
Ingeborgh Margarethe Aleida Vale, 14 maanden.
Simon Cornelis Johannes Olivier 19 jaar.
Wilhelmina Tineke van der Lee, 12 jaar raakte zwaargewond en overleed op 22 september. Theodoor Johan Heijdenrijk, 10 jaar. Willem Adriaan Kramer 12 jaar.
Hadewina Maria van der Poel, 18 jaar. Wilhelmus Johannes Versteeg 12 jaar, Maria Johanna Gerarda Versteeg 9 jaar en de 3-jarige Wilhelmina Juliana Beatrix Irene Versteeg.
Gijsbertha Henrika Adriana Veenendaal 13 jaar.
Tijdens de evacuatieperiode 1944-1945 kwamen 11 kinderen om door oorlogsgeweld.
Christiaan Klaas Adrianus Barten, 9 jaar oud.
Antonius Eimers 12 jaar. Maria Grada Schans, 9 jaar. Wilhelmus Wennekes, 8 jaar.
Elisabeth Neeltje Wichards, 6 jaar oud.
Gijsbert 19 jaar en Christiaan 16 jaar oud, Bosman.
Ook in de maanden na de bevrijding vielen er dodelijke slachtoffers. De 16-jarige Meerten Hommerson en de 18-jarige Johannes Marinus Ruisch.
De 16-jarige Gerardus Gijsbertus van Kooten en de 5-jarige Paul Hendrik André Schrijvers.

In het concentratiekamp Neuengamme overleed op 9 januari 1945 de 20-jarige Gijsbert Meurs.

Meer informatie over deze kinderen en andere Wageningse oorlogsslachtoffers is te vinden op www.wageningen1940-1945.nl > burgerslachtoffers.

Door: Wageningen1940-1945

 

Stadswapen het Wageningse wiel

Het wapen van Wageningen werd op 7 oktober 1818 door de Hoge Raad van Adel vastgesteld: ‘een rood schild beladen met een rad van zilver, waarvan de rechtopstaande spaak een kruis vormt. Aan weerszijden vastgehouden door een klimmende leeuw en gedekt met een gouden kroon’. Maar het bestond al veel eerder, daarom staat in de akte ook dat het wapen ‘bevestigd’ is.

Dit gemeentewapen is afgeleid van het oude ‘geheimzegel’, dat al in de vijftiende eeuw in gebruik was. Daarin staat hetzelfde rad, maar dan met zes spaken. Pas vanaf het eind van de achttiende eeuw, tekende men twaalf spaken in het wiel. In de tekst van de akte van de Hoge Raad van Adel staat trouwens helemaal niets over het aantal spaken, maar op de tekening van het wapen, die in het midden van de akte staat, zijn wel twaalf spaken getekend. Eigenlijk zou je niet ‘rad’ moeten zeggen, maar ‘wagenwiel’. Dan begrijp je het verband met de naam Wageningen veel beter.

De letterlijke tekst luidt: ‘Zijnde een rood schild, beladen met een rad van zilver, waarvan de regt bovenstaande staak een kruis is. Het schild gedekt met eene gouden kroon en ter wederzijde vastgehouden door een klimmenden gouden leeuw’.

In 2006 werd er een nieuwe huisstijl ingevoerd in de gemeente Wageningen. Het wapen is toen opnieuw gestileerd en gemoderniseerd. Het wordt bijvoorbeeld gebruikt op het briefpapier van de gemeente.

Bron: wageningen.nl

Door: Cultuur in Wageningen

tag: 1818

Capitulatie

De officiële capitulatie besprekingen begonnen op zaterdagmorgen 5 mei om 11.00 uur in Hotel “De Wereld”. Dit eerste contact tussen luitenant-generaal Foulkes en de Duitse Chef-Staf Generaal Reichelt werd bijgewoond door de chef-staf brigade-generaal Kitching, Prins Bernhard (als vertegenwoordiger van de Binnenlandse Strijdkrachten) en een tolk. Reichelt kreeg de opdracht om 16.00 uur met zijn superieur Generaal Blaskowitz terug te komen.

Op diezelfde middag om 16.00 uur kwamen beide partijen opnieuw bijeen in de gelagkamer van het zwaar beschadigde Hotel “De Wereld”, nu voor de definitieve ondertekening van de documenten door luitenant-generaal C. Foulkes (als bevelhebber van het 1ste Canadese legerkorps) en J. Blaskowitz (als commandant van het Duitse 25e Leger in de ‘Festung Holland’). Generaal Foulkes deelde hierbij mee, opdracht te hebben van veldmaarschalk Montgomery om Blaskowitz de capitulatie-voorwaarden voor alle Duitse strijdkrachten in noordwest-Europa voor te lezen.

In principe was de capitulatie een feit met een “Jawohl” van generaal Blaskowitz. De besprekingen over het concept van de capitulatie-overeenkomst maakten het echter nodig, dat een nieuw document moest worden samengesteld. Hiervoor was een schrijfmachine nodig, maar in de verwoeste stad bleek er geen voorradig. De ondertekening van het definitieve document had daardoor de volgende dag pas plaats in de Aula van de Landbouwhogeschool, naast Hotel De Wereld, op zondagmiddag 6 mei om 17.00 uur.

Meer foto’s en video:

Door: WO2 met eigen ogen

Diefstal bevolkingsregister

In de nacht van 2 op 3 januari 1943 werd in Wageningen, als eerste gemeente in Nederland, het bevolkingsregister ontvreemd. De ‘diefstal’ is grondig en met beleid uitgevoerd. In een raam aan de achterzijde van het gemeentehuis, bij een ommuurde binnenplaats, werd een ruitje ingedrukt. In feite schijnen de ‘daders’ gebruik te hebben gemaakt van de gewone dienstingang en werd de ruit kapot gemaakt om het op een inbraak van buitenaf te laten lijken. Een van de daders werkte namelijk bij de afdeling Bevolking op het gemeentehuis.

De hele kaartenverzameling van het bevolkingsregister werd in jutezakken overgepakt (waarvan de volgende morgen nog enkele kaarten werden gevonden) en weggevoerd naar het voormalige veerhuis De Wolfswaard aan de Rijn. Hier werden de zakken in een kippenhok verstopt en later in een plas gegooid, waar alle kaarten geheel zijn vergaan.

De volgende morgen werd een uitgebreid onderzoek ingesteld door de Wageningse politie. De leiding daarvan was in ‘vertrouwde’ handen. Van alle ambtenaren die op het secretariaat werkten werden voorwerpen ingenomen om politiehonden aan te laten ruiken, echter zonder resultaat.

De Duitsers hebben vervolgens een twintigtal studenten en de gemeentesecretaris opgehaald. De secretaris kwam er met een ernstige waarschuwing vanaf. De studenten werden overgebracht naar een strafkamp in Amersfoort en later in Vught. Een student, G.A. Beerling, is in Vught op 12 februari 1943 omgekomen. De andere studenten kwamen na een half jaar terug.

Door: WO2 met eigen ogen