Molen de Vlijt

Aan de Harnjesweg in Wageningen staat al meer dan 100 jaar molen De Vlijt (1879). et is een stellingmolen of hoge windmolen. De molen staat op een hoge stenen voet want anders zou hij in de bebouwde kom te weinig wind vangen.

Door gebruik te maken van de wind wordt de maalsteen in beweging gebracht. Voor het malen van het graan zijn twee stenen nodig. De onderste steen, de ligger, ligt vast en de bovenste steen de maalsteen, ook wel de loper genoemd, draait rond. Het graan wordt zo vermalen tussen de twee grote molenstenen. Molenstenen kunnen wel meer dan 1000 kg wegen.

De molen heeft een geschiedenis met ups en downs gekend. In de begin jaren werden er voornamelijk granen gemalen die dienst deden als veevoer. Er kwamen steeds minder boeren en noodgedwongen moest er worden omgezien naar andere inkomsten. In de oorlog werd de molen flink beschadigd maar in de jaren daarna toch weer opgebouwd. In 1972 kocht de gemeente Wageningen de molen en werd er na verloop van tijd met Hans Dobbe een gepassioneerd molenaar aangetrokken. In een tijdspanne van meer dan 30 jaar zette hij de molen en het ambacht van molenaar weer stevig op de kaart. De Wageningse molen is inmiddels een van de grotere ambachtelijk molenbedrijven in Nederland waar uitsluitend biologisch geteelde granen worden gemalen.

Meer: 
Molen de Vlijt
Molenmarkt 

De Wageningse Eng

Eng Wageningen

De Wageningse eng ligt tussen de bebouwde kom van Wageningen, Bennekom en de Veluwse bossen. Het is een eeuwenoud cultuurlandschap. Er wordt al meer dan duizend jaar landbouw op bedreven. Het is begonnen met kleine akkertjes, die eigenlijk steeds groter zijn geworden. Rond 800 kwamen de eerste nederzettingen, zoals De Peppel, Leeuwen, Dolder en Brakel. Van de Wageningse eng is nog een klein oostelijk deel over, het overige deel is nagenoeg vol gebouwd.

Vroeger werden er op de eng verschillende gewassen geteeld, waaronder rogge, aardappels en tabak. Tegenwoordig biedt de eng ruimte aan verschillende functies zoals paarden- en schapenweitjes, een aantal tuinderijen en heel veel volkstuinen. Ook wordt op verschillende plekken weer oude granen verbouwd voor het brouwen van speciale lokale biertjes.

Veel historische patronen van oude paden en verkavelingsstructuren zijn nog herkenbaar aanwezig. De van oost naar west lopende oude veedriften; de huidige Geertjesweg en Dolderstraat, de blokverkaveling en de oude wildwal langs de Zoomweg.

Grafheuvels


Op de Wageningse berg, aan weerzijden van de Ritzema Bosweg, liggen een aantal opvallende heuvels: grafheuvels die vanaf ca. 2500 v. Chr. zijn opgeworpen.

Archeologische vondsten tonen aan dat Wageningen al heel lang bewoond is. Op verschillende plekken zijn voorwerpen uit de Bronstijd (1500 v. Chr.) en de Vroege IJzertijd (800 tot 500 v. Chr.) gevonden.
Wageningen telt 11 zichtbare grafheuvels. De liggen op de Wageningse Berg, en stammen uit het neolithicum, de bronstijd en mogelijk ook uit de ijzertijd. Naast 11 zichtbare heuvels, zijn er ook restanten van 4 grafheuvels gevonden. De 11 zichtbare heuvels hebben de status van rijksmonument.

De grafheuvels duiden op de aanwezigheid van het klokbekervolk. Vaak liggen ze als een groep bij elkaar. De overledene werd met het hoofd naar het zuiden en met het gezicht naar het oosten begraven. Dit kan wijzen op een wereldbeeld waarin de zon centraal stond.
De klokbekercultuur is een archeologische cultuur uit het late Neolithicum (ca. 2500 – 2000 voor Christus). Deze cultuur is vernoemd naar het aardewerk met een S-vormige contour.

De grafheuvels zijn de afgelopen eeuwen verschillende keren onderzocht. In Museum de Casteelse Poort een aantal van de vondsten te zien.

Meer:

Overzicht van de Wageningse grafheuvels 
Eerste bewoning van Wageningen
Grafheuvels in Wageningen 

Kapel op de Westberg


Op een enigszins verborgen plekje op de Wageningse Berg, tussen de Holleweg en de Westbergweg ligt de oorsprong van Wageningen. Naast het grafmonument van Baron Constant Rebecque zijn resten te zien van een kapel. Alleen de twee westelijke hoeken van de kapel zijn nog zichtbaar.

Rond de 10e eeuw moet op de Westberg een nederzetting hebben gelegen. Toen in de dertiende eeuw in het centrum van het nieuwe Wageningen een kerk werd gebouwd, verloor de kapel zijn functie. Wel bleef deze heel lang een religieuze functie behouden. Tot omstreeks 1600 liepen Wageningers met St. Jan vanuit de stad in processie naar de kapel op de Westberg (zie kaartje). Een verbod daarop maakte er tijdens de Reformatie een einde aan.
Bij de viering van 750 jaar stadsrechten in 2013, blies muziekgroep Madlot met de St. Janstocht deze processie weer nieuw leven in.

Het grafmonument van de familie De Constant De Rebecque staat ongeveer ter plaatse van het koor van de oorspronkelijke kapel. Een tekst op het grafmonument verwijst naar de legende van het brandende wagenwiel. Volgens deze tekst voorspelden de priesteressen hier de toekomst door een brandend wagenwiel in een nog steeds bestaande gleuf (de Holle Weg) te rollen. Bleef het wiel tot beneden overeind, dan voorspelde dit een goed jaar of een goede afloop van de oorlog.

Meer:

Een Wageningse mythe: een verhaal vol feiten en fictie
Het mysterie van de Westberg
Geschiedenis Westberg
Sint Janstocht Wageningen

De Holleweg

Een weg met een gemiddeld stijgingspercentage van ongeveer 9%, die een bergwand doorsnijdt, dat verwacht je niet snel tegen te komen anders dan in Zuid-Limburg, de Holleweg in Wageningen is toch echt die fikse kuitenbijter! De meeste hollewegen komen weliswaar voor in het Zuid-Limburgse heuvellandschap maar in het Gelderse Stuwwallenlandschap vindt je ze ook. Het zijn veelal wegen met aan beide zijden steile wanden die al dan niet begroeid zijn.

De Holleweg in Wageningen is onderdeel geweest van een prehistorische route die de Betuwe verbond met de Veluwe. Bij het huidige Lexkesveer was een zogenaamde voorde een doorwaadbare plaats waar de rivier kon worden overgestoken.

Holle wegen zijn bijzonder omdat er door hun verzonken ligging een microklimaat heerst. Er is weinig wind, het is er schaduwrijk en vochtig en in de zomer lekker koel en dat biedt voor veel dieren en planten een uitstekende leefomgeving.