In de nacht van 2 op 3 januari 1943 werd in Wageningen, als eerste gemeente in Nederland, het bevolkingsregister ontvreemd. De ‘diefstal’ is grondig en met beleid uitgevoerd. In een raam aan de achterzijde van het gemeentehuis, bij een ommuurde binnenplaats, werd een ruitje ingedrukt. In feite schijnen de ‘daders’ gebruik te hebben gemaakt van de gewone dienstingang en werd de ruit kapot gemaakt om het op een inbraak van buitenaf te laten lijken. Een van de daders werkte namelijk bij de afdeling Bevolking op het gemeentehuis.
De hele kaartenverzameling van het bevolkingsregister werd in jutezakken overgepakt (waarvan de volgende morgen nog enkele kaarten werden gevonden) en weggevoerd naar het voormalige veerhuis De Wolfswaard aan de Rijn. Hier werden de zakken in een kippenhok verstopt en later in een plas gegooid, waar alle kaarten geheel zijn vergaan.
De volgende morgen werd een uitgebreid onderzoek ingesteld door de Wageningse politie. De leiding daarvan was in ‘vertrouwde’ handen. Van alle ambtenaren die op het secretariaat werkten werden voorwerpen ingenomen om politiehonden aan te laten ruiken, echter zonder resultaat.
De Duitsers hebben vervolgens een twintigtal studenten en de gemeentesecretaris opgehaald. De secretaris kwam er met een ernstige waarschuwing vanaf. De studenten werden overgebracht naar een strafkamp in Amersfoort en later in Vught. Een student, G.A. Beerling, is in Vught op 12 februari 1943 omgekomen. De andere studenten kwamen na een half jaar terug.
Door: WO2 met eigen ogen