Kijk toch omhoog

Kijk toch omhoog, kijk naar de sterflat:
Swingende studenten dansen
Sterren dansen in de flat
Kijk toch omhoog, kijk naar de sterflat:
Ritme op de galerijen
Uitziend op de landerijen
Swingende studenten dansen
Kijk toch omhoog, kijk naar de sterflat

Door: Jaap de Graaff, Lokale Verhalen 2013

Algemene begraafplaats Wageningen
De LEEUWERENK

leeuwer-enk-wageningen-0 In de raadsvergadering van 30 juni 1899 richtten burgemeester en wethouders van Wageningen een voorstel aan de gemeenteraad voor de aanleg van een nieuwe algemene begraafplaats met de mededeling dat een bekwaam ‘deskundige’ een goed plan voor de aanleg zou maken.
De ‘deskundige’ was de tuin- en parkarchitect Leonard A. Springer, leraar aan de tuinbouwschool, die de opdracht kreeg een plan te maken.
De noodzaak tot de aanleg van een nieuwe begraafplaats was er, de oude begraafplaats (aanleg 1828) aan de Rijks(straat)weg werd te vol.
Leeuwerenk Wageningen
Het ontwerp van Springer kenmerkte zich door cirkel- en ellipsvormige velden met gebogen lijnen, sterk beïnvloed door de Engelse landschapstijl en één centrale entreepartij voor alle drie delen der begraafplaats.
De besturen van de r.k. kerk en de Israëlitische gemeente wilden alleen medewerking verlenen aan het plan als het gewijzigd zou worden en elke afdeling vanaf de openbare weg bereikbaar zou zijn.
Het werd een begraafplaats met drie aparte ingangen.

De begraafplaats werd in het voorjaar van 1902 geopend. De afstand van 1.6 kilometer buiten de bebouwde kom was destijds geen bezwaar.
aula-begraafplaats-wageningen
In 1943 werd de ruimte op de algemene begraafplaats te klein. Aan ruimen dacht men toen nog niet. De oppervlakte van het r.k. gedeelte en de Israëlitische begraafplaats was nog steeds voldoende.
Aan prof. dr. ir. J.T.P. Bijhouwer werd verzocht een uitbreiding voor de algemene begraafplaats te maken, aansluitend aan die van Leonard Springer.
Door de uitbreiding in noordelijke richting en de herindeling in de vorm van rechte vakken en paden verloor de begraafplaats veel van zijn allure. Nog altijd lopen beide ontwerpen door elkaar.

Na 1945 ging het eigendom van de Joodse begraafplaats over naar het Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap, NIK.
Nieuwe Israelitische begraafplaats
Het NIK beheert Joodse begraafplaatsen in Nederland waar geen ‘kehilla’ ( Joodse gemeente) is die deze taak verricht. Een deel van de Nieuwe Israëlitische begraafplaats werd afgestaan aan de gemeente Wageningen ten behoeve van de algemene begraafplaats.
De uitbreiding van de begraafplaats werd in 1948 gerealiseerd en de Nieuwe Israëlitische begraafplaats werd omsloten door de algemene begraafplaats.

Sinds de bouw van de aula en het woonhuis in 1965 door architect Ir. J.W.C. Boks en de reconstructie van de ingang, algemeen en r.k. kregen één ingang, kreeg de begraafplaats een fraaier aanzien. De Nieuwe Israëlitische begraafplaats behield haar altijddurende ingang.

In 2004 besloot het gemeentebestuur van Wageningen aan alle verwarring omtrent de naamgeving een einde te maken, de algemene begraafplaats kreeg de naam ‘DE LEEUWERENK ‘

De naam Leeuwer Enk die vanouds aan dit gebied verbonden was, is niet alleen historisch juist, maar ook veel toepasselijker. Het betekent Enk (bouwlanden, akkers) bij Leeuwen.

 

Door: HMBitter

Feest in de Stad

Op een vroege woensdagmorgen werd Mientje Meurs wakker van het geronk van vrachtwagens, in de binnenstad. Zijn ze nu nog bezig met het opbouwen van de wekelijkse woensdagmarkt, rond de Grote Kerk, dacht Mientje. Meestal gebeurde dit toch in de late dinsdagmiddag, daaraan voorafgaande. Omdat de slaap niet meer te vatten was, besloot Mientje maar op te staan en tussen de groene gordijnen door te spieden naar alle drukte en kabaal beneden.

Vanuit haar kamer op de achtste etage van woonzorgcentrum Rustige Burcht had zij een prima uitzicht over het centrum van haar zo geliefde Wageningen. Nieuwsgierigheid was haar nooit vreemd geweest en zij mocht graag de wereld buiten (met spionnetjes ondersteund) vanuit haar luie leunstoel aanschouwen. Vaak dwaalden haar gedachten dan af naar vroeger tijden toen haar muiltjes nog rood waren en haar baljurk gebroken wit. Zwieren kon ze namelijk als de beste (met haar vaste tangopartner Joop Heijn) over de dansvloer van de Juniushof, tot ook zo’n zaterdagavond weer als herinnering de zondag zou inluiden.

Mientje meende nu toch echt iets anders te aanschouwen dan een gebruikelijke woensdagmarkt opbouw. Er werden namelijk geen kramen neer gezet maar feestelijke vlaggen opgehangen, in de binnenstad. Het waren grote lappen stof met de tekst Wageningen 750 jaar. Het hele centrum werd onder handen genomen. Mientje had wel iets gelezen in het huis aan huiskrantje “De Waoghe-ningsche Postduif” dat haar stad zoveel jaar stadsrechten zou bezitten, ooit verleend door ene hertog Otto.

Nu het zonnetje zich liet zien en een kerkklok begon te beieren dwaalden Mientjes gedachten niet af naar tango Jopie of naar grote liefde Driesje Bolleman, maar naar die eerste feesten in de stad (net na de Bevrijding). Zo kort na de ondertekening van de Duitse capitulatie in Hotel De Wereld mochten alle geëvacueerde Wageningers weer huiswaarts keren en troffen hun have vaak kapot geschoten of vervuild aan. Toch overheerste een algeheel gevoel van opluchting en vrijgevochtenheid. In die dagen werden dansfeesten op straat gehouden en ontstonden meerdere amoureuze escapades met onze bevrijders, de Canadezen. Mientje kon zich de sfeer en de uitgelatenheid van een ieder nog goed herinneren. Het leek wel een volle zomer te duren (een eeuwigheid voor een kind van acht jaar) en verbroedering was alom.

Soms kon je diezelfde sfeer nog proeven tijdens een stralende Bevrijdingsdag in Wageningen als de bevrijders van toen weer langs kwamen paraderen, voor een zwaaiende en lachende prins Bernhard. Ook dan was er jaarlijks een dansende en hossende menigte rondom het Bevrijdingsbeeld. Ach, wat zou Mientje nog graag een rondedansje om Blote Jan maken, als haar evenwicht het toch maar toeliet. Zij kreeg tegenwoordig een plaatsje op de zittribune aangeboden om haar bevrijders (in een jeep en bus vervoerd) te kunnen toejuichen. Toch bleef zij op zo’n moment liever op haar kamer in het tehuis om op de buis alle festiviteiten beter te kunnen volgen en om zo de drukte te ontwijken. Want hoewel met het klimmen der jaren haar angst om te vallen toenam, wilde zij liever (nog) niet schuivelend achter een rollator worden gezien. Zij verkoos derhalve gekoesterde grandeur boven geaccepteerde beperkingen, laten we maar zeggen.

Binnenkort zou haar woonzorgcentrum Rustige Burcht plaats gaan maken voor nieuwbouw, werd in de recreatiezaal rond gefluisterd. Men was van plan om een geheel nieuwe wijk net buiten de stadsgracht te laten verrijzen. Dezelfde stadsgracht die men ook in het centrum van de stad weer wilde gaan openen, om zo de natuurlijke afbakening van het centrum te laten herleven. Op deze gracht kon je altijd zo heerlijk schaatsen, als het hartje winter was. Met z’n allen achter elkaar onder bruggen door en luid joelend eindigen daar waar je begonnen was. Mientje was met haar wapperende lange jurk en mooie rode haar toendertijd natuurlijk een blikvanger van jewelste geweest. Zij verbaasde zich erover dat er tegenwoordig nog maar weinig werd geschaatst door de jeugd op de gracht in het centrum van de stad.

In het centrum van de stad schijnt ook nog een echte burcht te hebben gestaan, waar het verzorgingstehuis haar bekende naam aan te danken heeft. Deze burcht had tot taak om de stad te verdedigen tegen aanvallers van buitenaf. Wageningen lag natuurlijk strategisch gelegen, tussen twee bergen in (aan een rivier). Geen wonder dat diezelfde hertog van Gelre aan Wageningen stadsrechten gegund heeft, om zich zo nog beter te kunnen verdedigen. Stadsrechten waar Wageningers o zo trots op zijn en zij niet kunnen nalaten om vreemden er nadrukkelijk op te wijzen dat een dorps karakter niet altijd is wat het lijkt.

Het feest in de stad begon nu langzaam hoorbaar en voelbaar te worden en veel studenten waren al vroeg opgestaan om een mooi plaatsje op een zonovergoten terras in het centrum te verkrijgen. De muziekkapel blies schallend voor honderden schoolkinderen die zich hadden verzameld voor het stadhuis, alwaar het scharlaken wagenwiel in top werd gehesen. Mientje besloot op haar balkonnetje mee te gaan genieten van al wat komen ging, want het was weer eens feest in de stad!

door: F. Kaaijk

Wageningen Bezingen

Oh vrijstaat tussen twee bergen
Met in het centrum de Vlaamsche Reus
Waar over de ronde tafels de gemoedelijkheid de markt opzweeft
Oh vrijstaat tussen twee bergen
Die op 5 mei op de vele pleinen alle culturen iets te bieden heeft
Waar mensen open zijn en waar je buiten het stadse de natuur overal beleeft
Met in het centrum de Vlaamsche Reus
Mijn Wageningen tussen twee bergen

door: Monique Gerritsma, Lokale Verhalen 2013