De Wilde Wereld

In de voormalige RK Cunera meisjesschool aan de Burgtstraat vind je nu het woon-, werk-, cultuurpand ‘De Wilde Wereld’. Er wonen 12 mensen in 3 woongroepen, er zijn verschillende werkplaatsen en kantoorruimtes, een galerie en een mooie theaterzaal.
De Wilde Wereld Wageningen

Het pand is eigendom van Woningbouw Vereniging Gelderland (WBVG) en wordt zoveel mogelijk in zelfwerkzaamheid beheerd.

Geschiedenis
In juni 1904 geeft het Rooms Katholieke kerkbestuur in Wageningen opdracht tot het aanbesteden van een schoolgebouw. Binnen een jaar verrijst er aan de Burgtstraat een hoog, statig maar ook enigszins streng ogend, uit baksteen opgetrokken schoolgebouw, met daarin vier grote klaslokalen verdeeld over twee verdiepingen: de Cunera Meisjesschool is een feit. Het onderwijs aan de school wordt toevertrouwd aan de zusters van Onze Lieve Vrouw congregatie uit Amersfoort, die zelf in een verbouwd herenhuis ‘Het Cunerahuis’ aan de markt gaan wonen.

Neogotiek
De school is gebouwd in neogotische stijl, een stijl die teruggrijpt op de tijd van de gotiek uit de middeleeuwen. Stijlkenmerken van neogotiek zijn onder andere spitsboogvormige ramen, steunberen, luchtbogen, opengewerkte balustraden, stenen vensterharnassen, pinakels maar ook de hoogte van een gebouw wordt als een belangrijk stijlkenmerk gezien, het reiken naar onmeetbare verte en onpeilbare hoogte.
De neogotische stijl kwam tot bloei in de tweede helft van de 19de eeuw. In Nederland verschenen er naast landhuizen en fabrieken vooral veel rooms katholieke kerken in deze stijl. Dit had te maken met het feit dat rooms katholieken in het overwegend protestantse Nederland weer kerken mochten bouwen. Neogotiek wordt daarom ook wel gezien als een katholieke bouwstijl.

Wilde Wereld Wageningen

VBO-school
Door de tijd heen wordt de school aan de Burgtstraat meerdere malen uitgebreid en technisch verbeterd. In 1962 wordt het een gemengde VBO-school maar naarmate de tijd verstrijkt vindt de onderwijsinspectie dat het gebouw niet langer voldoet aan de eisen van haar tijd. Er wordt nog wel een poging ondernomen om op dezelfde plek nieuwbouw te plegen maar dat stuit op zoveel bezwaren dat het een zeer langdurige kwestie dreigt te worden. Inmiddels zijn er nieuwe scholen buiten het stadscentrum gebouwd waar kinderen in grote getale naar toe gaan. Onvermijdelijk sluiten de deuren van de Cuneraschool, na 70 jaar dienst te hebben gedaan, in 1975.

Nieuwe bestemming
Het gebouw staat dan enige jaren leeg totdat in 1984, na een korte tijd gekraakt te zijn geweest, Woningbouw Vereniging Gelderland het pand koopt. In Wageningen zijn de meeste kraakpanden ontruimd maar er is een grote groep jongeren actief die een eigen woon-werk gemeenschap willen realiseren. In samenwerking met architect Pieter Roza worden plannen ontwikkeld en 1986 gaat de verbouw van de school, in zelfbeheer van bewoners en gebruikers, van start. Op de boven verdieping worden twee woongroepen gehuisvest. Op de tussenverdieping en de begane grond is ruimte voor allerlei kleinschalige activiteiten en een theaterzaal. De Wilde Wereld wordt in 1987 in gebruik genomen en bestaat inmiddels meer dan 30 jaar. Het pand is een begrip geworden in de Wageningse samenleving. Een grote verscheidenheid aan mensen en organisaties hebben er een deel van hun geschiedenis liggen waaronder de Homogroep Wageningen, diverse theatergroepen zoals Lens, 30+ Dance, klussers in de fiets- en motorwerkplaats; tot aan de dag van vandaag wordt het pand intensief gebruikt.

Rijkslandbouwschool Wageningen

In 1876 werd de Rijkslandbouwschool in Wageningen gevestigd. De Rijkslandbouwschool startte met een driejarige hbs en een tweejarige kopstudie. De 32 studenten die in het eerste jaar startten kregen les op een perfecte locatie voor landbouwonderwijs, midden op het platteland omringd door zand-, klei- en veengrond.

rijkslandbouwschool-wageningen-1876
Rijkslandbouwschool Wageningen in 1876 – tegenwoordig bekend als ‘Gebouw met de klok’

De school bleek in een grote behoefte te voldoen, maar had ook wat last van de snel veranderende wensen op onderwijsgebied. Uiteindelijk, na tweede eerdere reorganisaties, werd besloten in 1904 de Rijkslandbouwschool weer op te heffen en deze te vervangen door vier zelfstandige inrichtingen, allen gevestigd te Wageningen. Deze inrichtingen werden de Rijks Hogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool, de Rijkslandbouwschool, de Rijkstuinbouwschool en de Rijks Hogere Burger School.

De Rijks Hogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool is sindsdien sterk gegroeid en kreeg in 1918 erkenning door een verheffing tot Landbouwhogeschool. De Rijkslandbouwschool maakte ook een sterke groei door. Zij kwam echter wel vlot in de problemen. Niet alleen boerenzonen, met een voorkeur voor de praktijk van de Nederlandse landbouw, stroomden toe, maar ook tal van stedelingen, met een voorkeur voor de tropische landbouw, kwamen naar Wageningen. Deze laatste groep werd uiteindelijk verreweg de grootste, terwijl het onderwijs afgestemd was op de behoefte van de Nederlandse landbouw.
Als gevolg van een herziening van de wet op het wetenschappelijk onderwijs heette de Landbouwhogeschool vanaf 1986 Landbouwuniversiteit.

Het ontwerp van Arboretum De Dreijen dateert van 1895 en staat in direct verband met de totstandkoming van de Rijkstuinbouwschool een jaar later. De aanstaande leerlingen moesten hier kennis kunnen maken met het ‘materiaal van de tuinbouwwetenschap’, in dit geval vooral sierbomen en -struiken.

Door: M. Voerman