Wageningen bestaat 750 jaar. Veel over Wageningen is vastgelegd. Op allerlei manieren. Vaak heb je de neiging om na het lezen van een document op voorhand te geloven wat er geschreven staat. Soms krijg je echter twijfels over het waarheidsgehalte van een bepaalde verklaring.
Mij overkwam het volgende.
Enkele jaren geleden dronk ik een borrel in café Chris, in de Amsterdamse Bloemstraat. Ik raakte in gesprek met Bart Dijkstra, een wat oudere stamgast in deze Jordanese taveerne.
Toen hij vernam dat ik uit Wageningen kwam klaarde zijn gezicht op. Hij bleek er als kleine jongen ook gewoond te hebben. Zijn vader had een leidinggevende functie bij een van de steenovens in de uiterwaarden. Toen hij hoorde, dat ik op de hoek van de Havenafweg en de Havenstraat woonde raakte hij bijzonder geïnteresseerd.
Hij vertelde, dat hij aan het einde van de oorlog met zijn vader in Wageningen terecht kwam. Eigenlijk mochten ze de stad helemaal niet in, want deze lag in spergebied. De vader van Bart was echter zo nieuwsgierig naar de toestand van de ovens, dat hij de gok maar nam. Ze konden op een gelukkige wijze over een auto beschikken en reden vanaf de Nude de Havenafweg op. Bart kreeg daar de schrik van zijn leven. Hij zag een vernielde brencarrier op de hoek van de Nude staan en voor ons huis aan de Havenstraat lagen de lijken van enkele Duitse soldaten.
Ik legde dit verhaal voor aan de archivaris van de gemeente Wageningen. Deze onderzocht de zaak en deelde mee, dat er geen sprake was geweest van gevechtshandelingen. Een brencarrier was op een landmijn gelopen en daarbij was helaas de Engelse korporaal Dewe om het leven gekomen. Van dode Duitse soldaten was geen enkele sprake.
Enkele weken later kocht ik brood bij bakker Stroop in de Irenestraat. De heer A.C. Looijen, een oudere Wageningen, die mij van mijn columns kende, vroeg mij of ik wist dat er bij ons in de tuin een aantal Duitse soldaten begraven hadden gelegen. Ik reageerde verbaasd en vroeg of hij meer gegevens had. Hij antwoordde bevestigend. Hij vertelde dat hij op het einde van de oorlog vanuit de buurt van Veenendaal, waar zijn familie geëvacueerd was, een tochtje naar Wageningen had gemaakt. Eigenlijk mocht dat niet, maar samen met zijn vader besloot hij toch het “spergebod” te negeren. Ze kwamen bij ons in de buurt en zagen naast de zwaar beschadigde brencarrier ook enkele lijken van Duitse soldaten voor ons huis liggen. Hij kon het verhaal van Bart Dijkstra volledig bevestigen . “Wat je ziet, zie je…” zei hij nog.
Enkele weken geleden kwam ik op de dijk oud garagehouder Herman Oudsen tegen. Hij vertelde mij, dat hij in en na de oorlog jaren in de Havenstraat had gewoond. Hij wist zeker dat er bij ons achter in de tuin lange tijd enkele gesneuvelde Duitsers begraven hadden geleden. Hij was er persoonlijk bij geweest toen deze soldaten werden opgegraven om naar hun laatste rustplaats te worden overgebracht.
Er kan op de sterfdag van corporal Walter Dewe van alles zijn gebeurd. Hij is de heldendood gestorven…maar voor Bart Dijkstra, meneer Looijen, Herman Oudsen en mij is er die 17e april 1945 meer gebeurd dan de officiële rapporten blijkbaar aangeven.
Door: Willem Straatman, bewoner Havenstraat 33 Wageningen.