De Uitbuyt

De Uitbuyt, 2016.

De Uitbuyt Wageningen is een wereldwinkel in Wageningen, die eind jaren 60 door linkse studenten werd opgericht. Bij haar oprichting was het doel van de winkel mensen bewust te maken van de ongelijkheid in de wereld door verkoop van eerlijk verhandelde rietsuiker, koffie en rijst. Vanuit haar eerste locatie op Hoogstraat 52 ontwikkelde de winkel zich in de jaren 70 tot een landelijk bekende linkse boekhandel en uitgeverij. Na twee verhuizingen vond De Uitbuyt in de jaren 80 een plek in de Kapelstraat, waar ze nog altijd zit. De uitgeverij-tak is echter opgeheven.

De Uitbuyt als staartje van de Actiegroep

De zoektocht naar het verhaal van de Uitbuyt voor het project Wageningse Barricaden, verliep eigenlijk heel eenvoudig. Zoals wel meer idealistische clubs in Wageningen heeft ook de Uitbuyt haar historie namelijk goed in kaart. Van de huidige secretaris van de stichting, Bram Nottelmans, kregen we een paar boekjes te leen waarin het een en ander wordt beschreven. En daarnaast kan je goed terecht bij het gemeentearchief, waar het hele archief van de Uitbuyt ligt opgeslagen, inclusief de oprichtingsacte. Tot slot hebben we veel gehad aan Jelle de Gruyter (1954), die lange tijd kern-groep lid was in de winkel.

Maar eerst de acte. Daarin staat vermeld dat Stichting Wereldwinkel De Uitbuyt in 1970 in Wageningen officieel wordt opgericht met als doel ‘bij te dragen aan de politieke bewustwording van de ingezetenen van Wageningen’. Er duikt onderaan de tekst een bekende naam op voor de Wageningse Barricaden, want het is Niek Koning – van de Blote Billen Actie  –  die samen met Willem Hamel optreedt als ondertekenaar. De Uitbuyt wordt dus opgericht door leden van ‘De Actiegroep’ en is met Kafé Troost en de Boerengroep één van de Wageningse uitvloeisels van de ‘revolutionaire’ jaren 60: een winkel bedoeld als activistisch protest.

Hoogstraat 52

Uitbuyt in de Hoogstraat – jaren 70. Auteur onbekend.

Na enig onderhandelen met eigenaar mevrouw Rijsemus kan De Uitbuyt zich in september 1970 vestigen in Hoogstraat 52. Wel is het de vraag of mevrouw Rijsemus op dat moment weet wat zij precies in huis haalt. Het lijkt er gezien de latere problemen meer op dat ze dacht vooral een woonplek aan een stel studenten te bieden en De Uitbuyt er ongewild bij krijgt. De gevel van het pand aan de Hoogstraat heeft een klassieke Jugendstil winkelpui die al snel het beeldmerk van De Uitbuyt wordt. De Uitbuyt onderscheidt zich direct van andere wereldwinkels in Nederland, omdat zij weigert zich een ‘Derde Wereldwinkel’ te noemen. Dit zou onterecht een scheiding aanbrengen  tussen de arme en rijke landen, zo vonden de studenten, en bovendien verhullen dat er ook in Europa en Nederland groepen te lijden hebben onder de voortdurende ‘kolonialistiese exspansie van een kapitalistiese ekonomiese orde’. Wageninger en oud-wereldwinkel kerngroep-lid Jelle de Gruyter licht toe: “Ik kwam zelf bij de Uitbuyt in 1971. Toen zaten er nog de mensen die het hadden opgericht, zoals als Niek, Willem en Henk van Holsteijn (†2014). Dat waren de mensen die ook een actieve rol hadden  gehad in de start van de studentenbeweging eind jaren 60. In Wageningen werd de Wereldwinkel dus, in tegenstelling tot in andere steden vooral door studenten gerund. Het was er daardoor veel linker en radicaler dan elders.”

Brief van de Uitbuyt uit 1980, met de pui als beeldmerk (gemeentearchief Wageningen).

Activiteiten van de winkel

Als Wereldwinkel richt De Uitbuyt zich de eerste jaren op de verkoop – zonder winstoogmerk – van producten uit ontwikkelingslanden, zoals koffie, thee, rijst, rietsuiker en chocolade. Jelle herinnert zich nog de Alu-choc, repen uit Suriname met een aluminium wikkel. Het doel van de verkoop is een eerlijk prijs te realiseren voor  boeren in de landen van productie.  Nu zouden we dit ‘Fair-Trade’ noemen. Om de winkel draaiende te houden is er een groep vrijwilligers, waarvan een deel in een kerngroep zit die het bestuur voert over de organisatie. Deze kerngroep houdt de administratie bij, regelt de inkoop bij boeren in verre landen en roostert de verkopers in. Daarnaast zijn er nog allerlei andere groepjes actief, zoals de Uitbuyt toneelgroep die voorstellingen geeft bij bijvoorbeeld de opening van de winkel en bij evenementen of ‘aksies’. Want actie moest er natuurlijk altijd gevoerd worden, bijvoorbeeld tegen ‘Angola koffie’, afkomstig uit het gelijknamige Afrikaanse land waar toendertijd een meedogenloze blanke dictatuur heerste die de bevolking onderdrukte. Jelle herinnert zich de actie in 1973 aan de Stadsbrink: “Het was een landelijke actie tegen de verkoop van Angola koffie door Albert Heijn. Wij stonden in Wageningen bij de AH winkel – het oude pand toen nog, niet het pand dat er nu staat . Wij hadden een spandoek met twee paaltjes in het gemeenteperk gezet. Gewoon omdat het gemakkelijk was, want dan hoefden we dat niet vast te houden. Het was ons wel opgevallen dat er op de Stadsbrink een rood Volkswagentje stond maar we hadden er verder geen acht op geslagen. Op een gegeven moment kwam de politie controleren wat we aan het doen waren en natuurlijk werd er flink gebromd: ‘Whuhuhu, waar zijn jullie mee bezig?’. Want dat spandoek in dat perkje zetten, dat mocht natuurlijk niet. En ja hoor, precies toen die agenten aan kwamen rijden, sprong de lokale persfotograaf Rein Heij uit het Volkswagentje om het op de foto te zetten. Het was die foto die de volgende dag de krant haalde. Voor ons allemaal net iets te toevallig, wij wisten zeker dat Heij omwille van een foto zelf de politie had gebeld.”

De actie tegen Angola koffie in de krant in 1973. (Gemeentearchief Wageningen)

Handelswaar als politiek pamflet

Al vrij snel na de opening van De Uitbuyt reflecteren de vrijwilligers kritisch op hun eigen werkwijze. Jelle: “Een deel van de kerngroep plaatste kanttekeningen bij het concept van een alternatieve handelsstroom. Volgens hen was dit een doekje voor het bloeden, goedbedoelde liefdadigheid. Het moest structureler worden aangepakt. Als we de boeren daar echt wilden helpen, moesten we eigenlijk de schaal vergroten. We hebben discussies gehad over of het nu de bedoeling van de Uitbuyt was om een echte supermarkt te worden waar het om de kwantiteit ging – met winkelwagentjes en zo – of dat die suiker alleen middel was om als het ware een politiek pamflet mee te geven.” Een latere folder voor de fondsenwerving is hier heel helder over: “de productverkoop is zuiver symbolisch, bedoeld om mensen bewust te maken van het onrecht in de wereld.”

Deze visie heeft tot gevolg dat de vanuit economisch oogpunt opmerkelijke keuze wordt gemaakt om de verkoop van succesvolle producten abrupt te staken – [niet bepaald leuk voor de boeren daar! red.]. De Uitbuyt komt bijvoorbeeld in conflict een andere poot van het Wageningse linkse wereldje: de Boerengroep. De Boerengroep vindt dat De Uitbuyt door de verkoop van rietsuiker onterecht de boeren in de ontwikkelingslanden bevoordeelt, omdat de bietsuikerboeren in eigen land het ook niet makkelijk hebben. Interessant detail is dat Niek Koning, oprichter van de Uitbuyt ook lid is van de Boerengroep, om maar even alle verstrengelingen in het linkse Wageningen te illustreren. Hoe hij in de discussie stond hebben we echter nog niet gevraagd, maar de conclusie is in ieder geval dat De Uitbuyt mee gaat in die redenering en stopt met het verkopen van rietsuiker. Het ongemak moeten de klanten – net gewend al hun suiker bij De Uitbuyt te kopen – maar even slikken ten bate van de inhoudelijke discussie. Later zullen ook rijst en de kunstnijverheidsproducten hetzelfde lot treffen en niet meer worden verkocht.

Van Winkel naar Boekhandel en Uitgeverij

Liedboek van de Strijd. Uitgeverij De Uitbuyt, 1980.

Je zou denken dat er voor de Uitbuyt met het wegvallen van de goed verkopende producten weinig meer te doen is. Dat is echter niet het geval omdat de winkel zich steeds meer een rol begint aan te meten als boekhandel en uitgever. Jelle de Gruyter: “Omdat de winkel een activistische insteek had, kreeg het verkopen van pamfletten, krantjes en linkse lectuur voor het studentenpubliek al snel een belangrijke rol. Op Arion (bij de Wageningse Studente Organisatie) stonden stencilmachines waarmee van alles en nog wat vermenigvuldigd werd. Daarvoor zaten we hele avonden te typen op  ‘stencilmoedervellen’, dat is zeg maar het ding dat daarna in de machine gaat en waarmee je dan de afdrukken kon maken. Maar met zo’n stencilmachine kwam je boekwerk geheel losbladig uit de pers. Die bladen moesten we dan op tafels uitleggen en met een groepje gaan ‘rapen’, oftewel rond lopen en met de hand de bladzijdes op volgorde leggen om er tot slot een nietje door doen. Pas dan had je een afgewerkte brochure.”

Als snel ziet De Uitbuyt een gat in de markt voor linkse lectuur, want de Wageningse boekhandels Kniphorst en Vermeer verkopen dat soort publicaties nauwelijks. Ook is er een groeiend aantal linkse clubjes –zoals het Imperialisme Kollektief,  die een plek zoeken om hun dictaten en scholingsmateriaal aan de mens te brengen. “Dus werden we een verkooppunt voor allerlei boekwerken en ook voor bijvoorbeeld de serie van Van Gennep, een belangrijke linkse uitgeverij in die jaren”, vertelt Jelle. “Er was een scene van mensen die specifiek daarvoor bij ons in de boeken kwam neuzen. Uiteindelijk werd De Uitbuyt steeds meer een boekhandel en werd de verkoop van andere producten steeds kleiner. In de hoogtijdagen stonden de werken van Marx en Lenin en zelfs de boeken van Stalin van uitgevers als Pegasus en SUN op de plank [Stalin wordt tegenwoordig gezien als een zeer omstreden dictator. Red].”

Door de verkoop ontstaat er voor de Uitbuyt financiële ruimte om ook zelf boeken uit te gaan geven. “Toen zijn we onder andere de syllabus ‘Inleiding Marxisme’ van Niek Koning gaan publiceren. Deze werd gedrukt bij Stichting Studentenpers Nijmegen (SSN). Zij hadden een offsetpers, dat was veel makkelijker en sneller dan dat eeuwige gestencil in die vieze kelder van Arion! ”

De hele jaren 70 blijft de boekverkoop gestaag groeien. Aan het einde van het decennium is er zelfs plek voor een deels betaalde werknemer: er komt er een dienstweigeraar zijn vervangende dienstplicht vervullen bij de Uitbuyt.  Maar hé, wie weet er anno 2017 nog wat de Vervangende dienstplicht was. Dat is iets dat we voor jongere lezers, geboren na circa 1980, eigenlijk beter moeten uitleggen, maar voor ons gemak verwijzen we alleen even naar wikipedia.

Huisvestingsproblemen

Hoogstraat 52, vermoedelijk net na het vertrek van de winkel in 1980. Foto: gemeentearchief Wageningen.

Dan valt er in 1979 bij de Uitbuyt een lijk uit de kast. De huur van de ruimte op Hoogstraat 52 was contractueel niet goed geregeld en mevrouw Rijsemus wint de gerechtelijke procedure tegen de huurders. Februari 1980 doe de Hoge Raad de uitspraak dat De Uitbuyt zal het pand moeten verlaten.

Toch komt het einde van de huur ook wel als geroepen want de organisatie is in veel opzichten toe aan een opfrisbeurt. Om te beginnen is er in het pand Hoogstraat 52 nooit veel aan inrichting gedaan sinds 1970. De winkel doet het nog steeds met de bruine vloerbedekking van de vorige huurder, zogezegd. Daarnaast staat de Uitbuyt in Wageningen steeds meer bekend als een rommelige, donkere en wat obscure winkel, met vergeelde boeken met koffiekringen en dooie vliegen in de etalage. Klanten voelen zich soms onwelkom, zo vermeld een historische studie over de relatie tussen de winkel en de Wageningers in 1990.  “Maar het is helemaal waar”, is Jelle’s reactie daarop. “Die analyse hadden we ook over onszelf. Op de eerste plaats waren we een gesloten groep. Zo’n clubje opgewonden studenten dat vond dat ze als enige goed bezig waren en de wereld moesten veranderen. Dat stoot andere mensen natuurlijk af. En ook over de sfeer hebben we hebben intern veel discussie gehad. Zo had je pal bij de ingang de tafel met nieuwe aanwinsten en daarachter zat dan de verkoper/ster. Die kreeg dan vriendjes op bezoek en ging daar de hele dag mee theedrinken. Voor een klant die binnen kwam was dat knap bedreigend, want die voelde de blikken uit de theehoek als ‘wat kom jij hier doen?’. Maar als we dit ter discussie stelden, dan zeiden de verkopers: ‘Ja maar ik zit hier wel voor mijn lol zeg, als ik niet meer mag theedrinken met mijn vriendje dan stop ik!’ Het werd de vrijwilligers dan te commercieel.”

Als het pand aan de Hoogstraat definitief moet sluiten breekt bij de vrijwilligers in eerste instantie de depressie uit. Niemand heeft zin in een lastig en tijdrovend verhuisproces. Als via de gemeente het pand ‘Over Engh’ aan de Churchilweg wordt aangeboden, is er de angst dat een vertrek uit het winkelcentrum de nekslag wordt voor de winkel. Voormalig Wagenings student en architect Pieter Roozen – ook de ontwerper van het Liedboek van de Strijd –   brengt daar met een flitsend ontwerp voor de winkel verandering in.  Jelle: “Roozen was vanuit Wageningen naar de Rietveld Academie gegaan. Als een soort stageproject had hij een maquette gemaakt voor de winkel in Over Engh. Het ontwerp was strak, modern, fris en kleurrijk. Toen veerde iedereen op! ‘Als het er zo uit gaat zien, dan hebben we wel zin!’ We waren wel toe aan die verandering.”

Van pieken en dalen tot Wereldwinkel

De Uitbuyt maakt in 1980 een succesvolle doorstart in Over Engh. De bouwmaterialen worden steen voor steen bij elkaar gesponsord. De een betaalt een zak cement, de ander financiert een zak spijkers. In 1981 haalt de winkel de hoogste omzet ooit, maar gek genoeg is dit een laatste stuip voordat ‘de crisis van links’ ook de Uitbuyt begint te raken. De linkse beweging is al een paar jaar rap aan het veranderen en de boekverkoop loopt na 1981 zienderogen terug. Links Wageningen leest en schrijft steeds minder en diverse nieuwe uitgaven lopen minder goed, zoals het Liedboek van de Strijd deel 2. Deel 1 was nog een daverend succes! Met een sanering van het assortiment weet de winkel de handel nog even op te tillen, maar de uitgeverij-poot wordt na een paar jaar toch ontbonden. De relatie met linkse achterban brokkelt af en er komen steeds minder vrijwilligers.

In 1984, of 1985 kan De Uitbuyt niet langer in de Over Engh blijven. In samenwerking met de Wageningse voorloper van GroenLinks, PPCE, vindt ze een plek in de Kapelstraat in het pand dat eerder de biologische winkel Pee Pastinakel was [maar anderen noemen ook wel ‘De Sprankel’. Later werd dit op een andere plek Buys en Ko en tegenwoordig Lazuur. Red]. “Een berg ongedierte die achter die planken vandaan kwam, dat wil je niet weten!” herinnert Jelle zich nog. De locatie wordt opnieuw ingericht en De Uitbuyt weet de relatie met haar achterban te herstellen. Er komen weer nieuwe vrijwilligers.

Wel is de koers van de Uitbuyt veranderd. Waar vroeger kritisch en theoretisch onderbouwd activisme voorop stond, is het nu vooral belangrijk dat het verkopen van duurzame en eerlijke producten ook leuk is om te doen. Ook de tijd van de linkse boekverkoop is definitief voorbij. De Uitbuyt is tegen 1990 steeds meer de ‘gewone’ wereldwinkel voor een breed publiek geworden, iets wat ze tot op de dag van vandaag nog steeds is. Je kunt er nu terecht voor Fair-Trade chocolade van Tony’s Chocolonely, koffie en zeepstenen beeldjes uit Afrika. Marx en de Frankfurter Schule kom je er niet meer tegen.

 

 

Dit is een tekst van Jobbe Wijnen in het kader van de Wageningse Barricaden.
 

4 gedachten over “De Uitbuyt”

    • Dag Teatske, super! Weet je ook wie het daarvoor was, vóór Pee Pastinakel? Er moet nog een naam zijn in het ecologisch kruidenieren, is me verteld en dat zou dan de Sprankel zijn. Maar zat die ook op die plek?

      Beantwoorden
    • Beste Teatske, dank voor je reactie. De verwarring ligt voor de hand, maar wat je zegt is niet zo. Pieter Roozen is de architect waar het hier om gaat, nog altijd actief als ‘Studio Roozen’. Google maar eens.

      Beantwoorden

Laat een antwoord achter aan Teatske de Vries Reactie annuleren