Algemene begraafplaats Wageningen
De LEEUWERENK

leeuwer-enk-wageningen-0 In de raadsvergadering van 30 juni 1899 richtten burgemeester en wethouders van Wageningen een voorstel aan de gemeenteraad voor de aanleg van een nieuwe algemene begraafplaats met de mededeling dat een bekwaam ‘deskundige’ een goed plan voor de aanleg zou maken.
De ‘deskundige’ was de tuin- en parkarchitect Leonard A. Springer, leraar aan de tuinbouwschool, die de opdracht kreeg een plan te maken.
De noodzaak tot de aanleg van een nieuwe begraafplaats was er, de oude begraafplaats (aanleg 1828) aan de Rijks(straat)weg werd te vol.
Leeuwerenk Wageningen
Het ontwerp van Springer kenmerkte zich door cirkel- en ellipsvormige velden met gebogen lijnen, sterk beïnvloed door de Engelse landschapstijl en één centrale entreepartij voor alle drie delen der begraafplaats.
De besturen van de r.k. kerk en de Israëlitische gemeente wilden alleen medewerking verlenen aan het plan als het gewijzigd zou worden en elke afdeling vanaf de openbare weg bereikbaar zou zijn.
Het werd een begraafplaats met drie aparte ingangen.

De begraafplaats werd in het voorjaar van 1902 geopend. De afstand van 1.6 kilometer buiten de bebouwde kom was destijds geen bezwaar.
aula-begraafplaats-wageningen
In 1943 werd de ruimte op de algemene begraafplaats te klein. Aan ruimen dacht men toen nog niet. De oppervlakte van het r.k. gedeelte en de Israëlitische begraafplaats was nog steeds voldoende.
Aan prof. dr. ir. J.T.P. Bijhouwer werd verzocht een uitbreiding voor de algemene begraafplaats te maken, aansluitend aan die van Leonard Springer.
Door de uitbreiding in noordelijke richting en de herindeling in de vorm van rechte vakken en paden verloor de begraafplaats veel van zijn allure. Nog altijd lopen beide ontwerpen door elkaar.

Na 1945 ging het eigendom van de Joodse begraafplaats over naar het Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap, NIK.
Nieuwe Israelitische begraafplaats
Het NIK beheert Joodse begraafplaatsen in Nederland waar geen ‘kehilla’ ( Joodse gemeente) is die deze taak verricht. Een deel van de Nieuwe Israëlitische begraafplaats werd afgestaan aan de gemeente Wageningen ten behoeve van de algemene begraafplaats.
De uitbreiding van de begraafplaats werd in 1948 gerealiseerd en de Nieuwe Israëlitische begraafplaats werd omsloten door de algemene begraafplaats.

Sinds de bouw van de aula en het woonhuis in 1965 door architect Ir. J.W.C. Boks en de reconstructie van de ingang, algemeen en r.k. kregen één ingang, kreeg de begraafplaats een fraaier aanzien. De Nieuwe Israëlitische begraafplaats behield haar altijddurende ingang.

In 2004 besloot het gemeentebestuur van Wageningen aan alle verwarring omtrent de naamgeving een einde te maken, de algemene begraafplaats kreeg de naam ‘DE LEEUWERENK ‘

De naam Leeuwer Enk die vanouds aan dit gebied verbonden was, is niet alleen historisch juist, maar ook veel toepasselijker. Het betekent Enk (bouwlanden, akkers) bij Leeuwen.

 

Door: HMBitter

Hier wil ik wel wonen

Het is winter 2009. We wonen net in Wageningen. Een hele stap, ook omdat we kinderen hebben. Het is koud, het vriest. Eindelijk, na vele jaren weer de mogelijkheid om te schaatsen. En dat doe je in Wageningen op de Uiterwaarden. Véél water is daar en dat is nu bevroren.

Ik ga erheen met m’n 2 kinderen en we binden onze schaatsen onder. Het is koud, koud. De zon schijnt wel. En wat veel mensen op het ijs! Het is me een drukte. Ik sta op m’n Noren, maar die doen me altijd zeer. En elke keer als we eindelijk weer eens kunnen schaatsen, moet ik het mezelf weer leren.

We schaatsen met z’n drieën. Ppfff … dat zijn echt wel grote rondjes!.Ik kijk naar Wageningen-stad. We wonen hier nog maar net en nu ligt er al ijs!! En wat een mooie plek om te schaatsen! Dat krijgen we er zomaar bij. Wauw, hier wil ik wel wonen ….. Het is gezellig, iedereen is vrolijk; we zien al wat bekenden. En wat leuk om Wageningen vanaf het ijs te bekijken. Wat ligt het uniek zo. En dat ijs, dat heb ik alleen nog maar als water gezien. Dat vind ik zo bijzonder. Het hele jaar door kun je er naar kijken en dan ineens kun je erop staan. Wat een kadootje zo. Wageningen, here we are!

Door: Corla, Wageningen – Lokale Verhalen 2013.

Over Wageningen

Toen ik laatst op de markt liep kwam ik bij de Schapenkraam Anita tegen. Dat was erg gezellig, we hadden elkaar al een tijd niet gesproken. Later kwam Corla ook nog! Een binding in Schapenkaas!

Op de Rooseveltweg is het tegenwoordig veel groener en natuurlijker. Nu fiets ik er graag en mis het verkeer van vroeger helemaal niet. De beschildering van de flats met kleuren en sterrenbeelden maakt het ook leefbaarder, vind ik als voorbijganger.

Het liefst wandel ik van Renkum naar de Casteelse Poort, om de vertelmiddagen van Eva Luna bij te wonen. Ik ga langs ONO en over de Wageningse berg. Elke keer leuk.
De Uiterwaarden zijn altijd weer anders. Ik fiets er graag en vaak langs. Het licht is vaak heel mooi en de maan en sterren ’s avonds ook. Ik ga ook wel eens naar Rhenen, maar het stuk langs Wageningen is toch het mooist. Gelukkig is het U-plan er nooit gekomen!

Als ik Wageningen binnenkom is dat meestal voor boodschappen of de bank. In Renkum hebben we namelijk geen kantoor meer en zelf heb ik geen computer. Ik kom met de fiets, zodat ik niet hoef te parkeren.

Door: Henny, Wageningen – Lokale Verhalen 2013.

Smederij Jonker / Gij aan de Churchilweg

De voormalige smederij Jonker aan de Churchillweg (hoek Geertjesweg) is in 1966 ingrijpend verbouwd. Op de locatie van de smederij werd een flat en nieuwe winkelruimte gebouwd. De gebroeders Ginus en Ton Tiemessen beheerden de zaak in ijzerwaren, huishoudelijke artikelen en speelgoed ruim 40 jaar. In 2000 werd de zaak overgenomen door John en Robert Frijlink van de Gelderse IJzerhandel.

Klik op een afbeelding voor vergroting en/of slideshow.

Bron: Gelderse IJzerhandel

Door: Wim de Vos

Rijkslandbouwschool Wageningen

In 1876 werd de Rijkslandbouwschool in Wageningen gevestigd. De Rijkslandbouwschool startte met een driejarige hbs en een tweejarige kopstudie. De 32 studenten die in het eerste jaar startten kregen les op een perfecte locatie voor landbouwonderwijs, midden op het platteland omringd door zand-, klei- en veengrond.

rijkslandbouwschool-wageningen-1876
Rijkslandbouwschool Wageningen in 1876 – tegenwoordig bekend als ‘Gebouw met de klok’

De school bleek in een grote behoefte te voldoen, maar had ook wat last van de snel veranderende wensen op onderwijsgebied. Uiteindelijk, na tweede eerdere reorganisaties, werd besloten in 1904 de Rijkslandbouwschool weer op te heffen en deze te vervangen door vier zelfstandige inrichtingen, allen gevestigd te Wageningen. Deze inrichtingen werden de Rijks Hogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool, de Rijkslandbouwschool, de Rijkstuinbouwschool en de Rijks Hogere Burger School.

De Rijks Hogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool is sindsdien sterk gegroeid en kreeg in 1918 erkenning door een verheffing tot Landbouwhogeschool. De Rijkslandbouwschool maakte ook een sterke groei door. Zij kwam echter wel vlot in de problemen. Niet alleen boerenzonen, met een voorkeur voor de praktijk van de Nederlandse landbouw, stroomden toe, maar ook tal van stedelingen, met een voorkeur voor de tropische landbouw, kwamen naar Wageningen. Deze laatste groep werd uiteindelijk verreweg de grootste, terwijl het onderwijs afgestemd was op de behoefte van de Nederlandse landbouw.
Als gevolg van een herziening van de wet op het wetenschappelijk onderwijs heette de Landbouwhogeschool vanaf 1986 Landbouwuniversiteit.

Het ontwerp van Arboretum De Dreijen dateert van 1895 en staat in direct verband met de totstandkoming van de Rijkstuinbouwschool een jaar later. De aanstaande leerlingen moesten hier kennis kunnen maken met het ‘materiaal van de tuinbouwwetenschap’, in dit geval vooral sierbomen en -struiken.

Door: M. Voerman